wow

Het is geen wonder dat Finnen zo'n zwijgzaam volk zijn...
De rest van de dag stond in het teken van vergaderen en het verwerken van veel e-mail. Aan het eind van de dag was er zowaar nog tijd om een beetje code te schrijven. Nu is code schrijven strikt gezien niet mijn taak. Het is echter goed om een beetje scherp te blijven. En een software architectuur opzetten zonder ook kniediep in de implementatie te gaan, dat vind ik wat lastig. Belangrijkste reden is natuurlijk dat het gewoon leuk is om code te schrijven. Ik heb elke dag slechts een paar uurtjes om wat code te schrijven, en da's niet zo slecht. De rest van de tijd kan ik een beetje nadenken (bewust en onbewust) over hoe ik het best verder kan gaan. Als ik dan eindelijk weer ga zitten om code te schrijven, is het me al volledig duidelijk wat ik wil gaan doen. En word ik slechts nog afgeremd door mijn typsnelheid.
Gtk+ en GObject kunnen wat stug zijn in de omgang. Maar het is vooral een kwestie van elkaar goed leren kennen. Aan elkaar wennen. En dan gaat het geweldig. Op zeker moment wordt het overvloedige casten MIJN_HANDIGE_WIDGET(foo) een soort tweede natuur... Wat heel erg krachtig is, is het callback-systeem: elke GObject kan een signaal afgeven, dat dan weer elders in het programma afgehandeld kan worden. Misschien moet ik daar eens wat meer over schrijven.
De complexiteit van Gtk+/GObject zit 'm met name in het definiëren van libraries. Code generators zoals spuug kunnen daarbij natuurlijk een beetje helpen, maar nog steeds moet de programmeur erg zorgvuldig en precies te werk gaan, en kennis hebben van veel details. De gebruikers van de libraries hebben het dan echter gemakkelijk. Met name als ze niet C gebruiken, maar bijv. Ruby of Python. Ik heb veel in C++ geprogrammeerd (met std::/boost::), en dacht enige tijd dat C++ een veel productievere taal was -- maar ik betwijfel dat nu. Zolang ik maar een code generator kan gebruiken.
Ok -- genoeg geschreven. Ik ga nu maar weer bier drinken en tv-kijken.